Winterproblemen bij huisdieren

Leestijd: 2 minuten

Gezellig, de wintermaanden. De kou buiten en de warmte binnen. Met z’n allen een spelletje doen, gourmetten of lekker voor de buis; hond bij de verwarming, kat op schoot, het konijn huppelt door de kamer en de vogel zit in de volliere. Gezellig, jazeker! En houden we rekening met een paar zaken, dan voorkomen we ook nog eens de meest voorkomende winterproblemen bij huisdieren.

Open haard en kaarsen

Het ziet er aandoenlijk uit, zo’n slapende hond voor de open haard of houtkachel. Maar denk je eraan dat er vonken uit het vuur kunnen springen en dat je hond (of kat) daardoor aanzienlijk gevaar loopt? Zorg ervoor dat de dieren niet te dicht bij het vuur kunnen lopen of liggen en zet altijd een stevig scherm voor de haard. Ook brandende kaarsen zorgen ieder jaar weer voor onnodige ongelukken. De kat die een kaarsje omgooit in de vensterbank, de hond die er eentje raakt bij het kwispelen; het kan lelijke brandwonden opleveren. Wil je toch kaarslicht in de donkere dagen? Zorg dan dat de kaarsen of waxinelichtjes in hoge en stevige houders staan en buiten bereik van de huisdieren.

Wat te doen bij brandwonden

Als het desondanks mis gaat en je huisdier een brandwond oploopt, hou de wond dan meteen onder lauwwarm, stromend water. Doe dit gedurende minimaal tien minuten. Bel de dierenartsenpraktijk dat je eraan komt met een dier dat een brandwond heeft en wikkel het dier (of zijn lichaamsdeel) in een koele, natte doek die schoon is. Is het een kleinere wond, dek deze dan af met een steriel gaasje voordat je naar de dierenarts vertrekt.

Verwarming en vacht

Omdat we de verwarming nu weer aan hebben staan en onze katten en honden een fors temperatuurverschil voelen wanneer ze buiten zijn geweest en weer naar binnen komen, gaan veel dieren verharen. Zet de honden- of kattenmand niet te dicht bij de verwarming. De extreme hitte is niet goed voor de dieren. Hetzelfde geldt voor konijnen en cavia’s die binnen gehouden worden. Een constante temperatuur die niet al te hoog is, is beter voor de dieren dan de overgang van koud naar warm en omgedraaid (als de verwarming ’s nachts uit gaat).
Gaan de dieren verharen, dan kunnen we hen een handje helpen door regelmatig de vacht te borstelen en kammen. Gemiddeld één keer per week is in de winter voldoende. Niet alleen honden en katten krijgen graag wat hulp bij het verharen, ook een konijn kun je voorzichtig borstelen en zo van zijn overtollige haren af helpen.

Parasieten in de winter

Juist in de winter vieren parasieten hoogtij in onze moderne, geïsoleerde huizen. Doordat de verwarming hoog staat vermenigvuldigen vooral vlooien zich ongehinderd. En realiseer je jezelf dat slechts een fractie van de aanwezige vlooien op het dier zit: zo’n 95% zit in huis in de vorm van eitjes en larven die nog moeten uitkomen. Regelmatig goed stofzuigen en de katten en honden behandelen met bijvoorbeeld druppels in de nek, de mandjes behandelen met een anti-vlooienspray: het helpt allemaal om binnenshuis een parasietenplaag te voorkomen in de koude maanden van het jaar. Je dierenarts kan je advies geven over het meest geschikte product voor je huisdier.