Gezondheidscheck kat zelf doen

Leestijd: 2 minuten

Start al vroeg met een regelmatige gezondheidscontrole van je kitten. Zo raakt je kat eraan gewend en signaleer je vroeg mogelijke problemen.

Zo doe je zelf een gezondheidscheck bij je kat

Huid – Voel met je handen over het hele lichaam om eventuele builtjes of knobbels te signaleren. Check ook of de huid soepel en roze is en niet overmatig schilfert.
Ogen – De ogen van je kitten horen schoon te zijn; zonder viezigheid in de ooghoeken. Het oog mag niet rood of geïrriteerd zijn. Ook zou de oogbal onbeschadigd moeten zijn. Dus zonder beschadigingen en/of krassen en geen overmatige traanvloeiing. Een kat kan een vliesje (derde ooglid) over het oog hebben als hij zich niet goed voelt. Vaak zie je dit ook als de kat moe of slaperig is.
Oren – In de oren kan wat haargroei aanwezig zijn; hier mag echter geen gras of viezigheid in blijven hangen. De oren mogen niet rood of gevoelig zijn bij aanraking. Een beetje oorsmeer is normaal. Overvloedige oorsmeer of een sterke geur kunnen duiden op een ontsteking. Ook duidt donker oorsmeer op een mogelijke oorontsteking of oormijt.
Neus – De neus voelt meestal koel aan en een beetje vochtig. Er mag geen sprake zijn van een loopneus. Het kattenneusje is trouwens een goede gezondheidsindicator: heeft je kitten of kat ineens viezigheid om het neusje of niest ze veel? Ga dan naar de dierenarts. Misschien is het de niesziekte. Deze vervelende ziekte kun je tegengaan door je kitten te laten vaccineren. Een ander teken is als je kitten ineens niet meer wil eten. Dit kan duiden op een verstopte neus.
Tanden – Gezonde tanden horen wit en schoon te zijn, zonder tandplak of tandsteen. Gezond tandvlees is rozig van kleur en niet opgezwollen.
Vacht – De vacht van een gezond kitten is glanzend en glad. Bij het kammen kun je de vacht tevens makkelijk controleren op vlooien.
Nagels – Katten verzorgen zelf hun nagels. Katten die veel klimmen en klauteren hebben hun nagels hard nodig, dus knip ze bij voorkeur niet af als het niet nodig is. Controleer de nagels wel op scheurtjes, splinters en doornen. Zeker wanneer je kitten regelmatig buiten komt. De nagels mogen niet te lang of gescheurd zijn.
Poten – De zoolkussentjes onder de pootjes mogen niet ingescheurd zijn. Ook dien je de nagels van de kat regelmatig te knippen als deze niet vanzelf voldoende slijten.
Achterwerk – Het achterwerk van je kitten moet schoon zijn. Let vooral op eventuele wormen of wormdeeltjes die kunnen achterblijven in de vacht rondom de anus. Hou bij langharige katten in de gaten of de ontlasting goed vast is. Dunne ontlasting blijft vaak ook deels in de vacht zitten en dat valt niet altijd meteen op door al dat haar.